Rozema, Hilbrand
Ik heb het onbekende betreden.
Direct in het openingsgedicht van Blauwe plekken bracht Hilbrand Rozema verwijzingen aan naar zijn beide vorige bundels. Dat werkt als een signaal. Deze poëzie is niet een werk van willekeur, maar een weloverwogen bewerking van intuïties, ervaringen, emoties, zintuiglijke indrukken, denkbeelden, pijn. Een bewerking met taal, een bewerking in taal.
Recensie van Blauwe plekken, overgenomen uit Liter.
Er zit een addertje onder het gras
Hilbrand Rozema bepaalt in zijn dichtbundel "Blauwe plekken" de verhouding tot zijn jeugd. Die jeugdwereld is verlaten en troosteloos, blijkt uit het openingsgedicht. Maar in de slotgedichten valt te lezen dat de meeste dingen er niet zonniger op geworden zijn na het verlaten van die wereld. In deze gedichten is er ontregeling: dingen gaan niet zoals ze zouden moeten gaan, de "luie dood" ligt op de loer.
Stap naar ontoegankelijker poëzie
Lezers van Liter zijn ze al verschillende keren tegengekomen: inlegvelletjes met reclame voor uitgeverij Hengsteboer. Deze uitgeverij wil niet "het mooie groot maken met dikke bundels", maar "het kleine mooi maken in een bijzondere vormgeving." De uitgeverij stelt zich de uitgave van bijzondere, bibliofiele bundels ten doel. Nu is er dan de eerste: "Embargo" van Hilbrand Rozema.
Twee nieuwe dichtbundels van christendichters: "Paradijs" van Hilbrand Rozema en "Wakker" van Rien van den Berg. Beide dichters zijn al jaren actief op het christelijk-literaire erf. Ze zijn allebei redactielid van zowel Icarus als Woordwerk. Vorige week werden hun bundels voor de C. Buddingh'-prijs voor nieuwe Nederlandse poëzie genomineerd.