Ze heeft veel boeken die ze mooi vindt, maar ”Overwinteren” van Gert-Jan Segers is haar favoriet. „Het boek is levensecht geschreven. Segers laat mensen nadenken.”

Naam: R. Overbeeke
Leeftijd: 28 jaar
Functie: docente Nederlands aan het Calvijn College te Goes
Woonplaats: Kapelle

Favoriet boek: ”Overwinteren” van Gert-Jan Segers

Vier studenten in een christelijk studentenhuis: ze studeren, voeren toneelstukken op, maar discussiëren vooral over het geloof en niet over kerk of traditie, maar over God. Voor of tegen? Marco lijkt het geloof op zak te hebben, leeft netjes. Maar juist hij breekt met alles. Voor Gerard, de hoofdpersoon, breekt een moeilijke tijd aan. Hij wordt ziek. Maar dat is voor hem een zegen. „Als de dood voor de deur staat, weet je je plaats ten opzichte van God wel.”

Waarom springt dit boek eruit?
„Heel lang heb ik de boeken van B. Nijenhuis mooi gevonden, omdat hij diep nadenkt over de dingen. Maar nog niet zo lang geleden las ik ”Overwinteren”, dat boek sprak me direct aan. Het is levensecht geschreven; de personen komen goed naar voren. Segers laat mensen nadenken over wezenlijke dingen. Hij schuwt het niet om felle vragen aan God te stellen. De thematiek is moeilijk, maar ook boeiend. Het boek begint met een brief van de ikverteller aan de hoofdpersoon. Dat is indrukwekkend. Je weet van tevoren dat hij zijn ziekte niet overleefd. Het eerste stuk gaat over de studententijd; leuk om te lezen. Dan wordt de hoofdpersoon ziek.”

Eerste stuk niet saai?
„Nee, zeker niet. De hele redevoering die gehouden wordt op de studentenvereniging, hoeft er van mij niet in. Maar toch weet de schrijver het boeiend te houden, ook in stukken waar niet overdreven veel gebeurt. Dat is knap.”

Hoe krijgt hij dat voor elkaar?
„De hoofdpersonen, Gerard en Joost, voeren vrij felle discussies. Segers schrijft bondig, to the point. En alle dingen grijpen in elkaar. De verteller gaat naar een bruiloft. Waarom schrijft hij daarover, vraag je je af. Leuk, maar verder weinig bijzonders. Later blijkt dat zijn huisgenoot allerlei dingen heeft uitgevoerd met het meisje waarop de verteller verliefd is.”

Wat zegt de titel over de inhoud?
„De hoofdpersoon sterft in december, daar zou overwinteren mee te maken kunnen hebben. Maar bij het woord overwinteren, denk ik ook aan ontberingen. De hoofdpersoon leeft eerst zonder God in de wereld, hij ontbeert het geloof. Bij zijn overlijden is voor hem de winter van vragen en twijfels voorbij: hij mag naar God.”

Is de beschreven geloofsbeleving reëel?
„Ja. Gerard, de hoofdpersoon, is altijd druk. Hij heeft niets meegekregen over God. Hij voelt Hem niet. Hij schopt tegen een dichte deur. Gerard zegt dat zijn overleden vader zijn leven lang heeft gedraafd voor kerk, christelijke school en voor de christelijke politiek, maar hij heeft hem nooit over God gehoord. Er zijn mensen die dit ook zo ervaren. De vorm is er wel, maar verder wordt er nooit over gepraat.”

Dat klinkt alsof er wordt geschopt.
„Degene die zulke vragen stelt, bedoelt het wel provocerend. Hij daagt God uit. Maar ik denk toch dat er voor jongeren herkenbare dingen in naar voren komen. Dat maakt het boek zo levensecht. Ik denk dat jongeren in die leeftijd ook zo handelen en spreken. Voor de ouderen kan het wat brutaal over komen.”

Komen de vier studenten in het boek duidelijk naar voren?
„Gerard, de hoofdpersoon, komt het beste naar voren. Hij wordt heel duidelijk beschreven. Het duurde voor mij echt even voordat Joost, de verteller, ging leven. Hem moet je echt leren kennen. De andere twee personen, Marco en Stefan, blijven voor mij wat op de achtergrond. Die leer je vooral door hun handelingen kennen. Eigenlijk is het wel apart, Marco is in het begin prominent aanwezig. Hij wandelt keurig in de paadjes; heeft het geloof eigenlijk op zak. En juist hij, van wie je het niet verwacht, is aan het einde van het boek de enige ongelovige.”

Lees meer over goede boeken in het archief.