Yord
Yord
Yord Literatuur
Boekverslag maken? Informatie nodig voor je literatuurdossier? Yord biedt alles wat je wil weten over literatuur. Talloze recensies, informatie over dichters, schrijvers, poëzie en proza. Zoek op auteur of in een van de dossiers.
 
 
 
Zoeken op auteur
 
Dossiers
 
 
 
arrowYord literatuur
Literair lexicon

Literaire teksten

Links

Zoeken
Literatuur inzicht
 

Redacteur: Ronald Westerbeek

Een grotere, minder onverschillige kracht

In de film Smoke (Wayne Wang en Paul Auster, 1995) trekken de verhalen aan je voorbij van gewone mensen, die één ding gemeen hebben: hun wegen kruisen elkaar in of nabij de sigarenwinkel van Augie Wrenn. Een romanschrijver die geen letter meer op papier krijgt sinds zijn vrouw op straat werd vermoord. Een zwarte jongen die bij elke ontmoeting zichzelf een andere naam en identiteit aanmeet. Een eenarmige garagehouder die probeert zijn verleden te vergeten, sinds de vrouw van wie hij hield door zijn toedoen om het leven kwam. Een verlopen vrouw die na jaren teruggaat naar haar vroegere vriend en hem vertelt dat ze samen een dochter hebben, die nu verslaafd is aan drugs.

De sigarenverkoper neemt al veertien jaar elke ochtend een foto van het straatbeeld voor zijn winkel. Meer dan vijfduizend foto's die op het eerste gezicht hetzelfde zijn. Maar wie beter kijkt, ontdekt bijzondere verhalen die zich afspelen op deze willekeurige straathoek. Zo is het ook met de personages in de film. Onopvallend als ze zijn, hebben ze toch allemaal hun eigen, intrigerende verhaal. De afzonderlijke verhalen worden tot een roman, als ze elkaars paden door stom toeval kruisen en een onuitwisbare invloed op elkaars leven hebben. Maar wat bindt hen eigenlijk? Zijn de verhalen die ze elkaar vertellen eigenlijk wel waar, of zijn het mooie verzinsels die een samenhangend verhaal maken van hun onsamenhangende levens? Grijpen hun levens wel zo in elkaar als de film suggereert, maar tegelijk nadrukkelijk in het vage houdt? Moet je dat wel willen weten?
 
Het concept van Smoke doet denken aan dat van Eilandgasten (1999), de roman waarmee Vonne van der Meer twee jaar geleden ook in christelijk literair Nederland bekendheid kreeg. In Eilandgasten geen sigarenwinkel in New York, maar het vakantiehuis Duinroos op Vlieland. De roman heeft nu een (zelfstandig) vervolg gekregen, De avondboot. Opnieuw zes korte verhalen (hoewel, eigenlijk zijn het er vijf: het tweede en derde verhaal vormen één verhaal) over vakantiegasten in Duinroos, afgewisseld met passages over de werkster. Afgezien van het tweede en derde verhaal, staan de verhalen op zichzelf, maar zijn ze opnieuw wel met elkaar verbonden, met name via het gastenboek waarin bijna iedereen wel iets schrijft. Zezijn bovendien verbonden met de zes verhalen uit Eilandgasten: enkele personages keren terug in dit vervolg.

Het concept van
Eilandgasten was natuurlijk sterk: korte verhalen van gewone mensen, die elkaar niet kennen, maar wier wegen kruisen door het tijdelijke verblijf in Duinroos; ze ontmoeten elkaar niet lijfelijk, zoals in Smoke, maar komen toch met elkaar in aanraking en beïnvloeden elkaars leven. De roman die hun afzonderlijke verhalen zo opleverden, was knap en hecht geconstrueerd, met mooie dwarsverbanden en een subtiele symboliek.

Je kunt je afvragen hoe verstandig het is om hetzelfde concept nóg een keer te gebruiken. Het kan natuurlijk en het mag ook. Het kan zelfs heel intrigerend zijn, zo'n literair feuilleton, als een soort getijdenboek. Het zal voor veel lezers leuk zijn te lezen hoe het hun dierbare personages uit de eerdere roman is vergaan. Wat dat betreft kan Vonne van der Meer nog een aantal Waddenseizoenen voor
uit. Maar riskant is het wel. Een écht feuilleton is het niet: enkele verhaallijnen lopen dan wel door, maar de meeste zijn nieuw; het is eigenlijk hetzelfde 'trucje' nog een keer. Een schrijver moet zelf maar uitmaken of hij een tweede of derde keer de 'eerste liefde' nog kan opbrengen. Een vergelijking tussen de romans lokt hij natuurlijk wel uit. Het is bovendien de vraag of de vorm en het concept, die voor één roman sterk waren, ook de boog van het dubbele aantal pagina's kunnen dragen.

In het laatste verhaal van
Eilandgastenleerden we Marleen kennen, een vrouw van bijna zeventig die weet dat ze waarschijnlijk niet lang meer te leven heeft, ze heeft kanker. Op losgescheurde bladzijden van het gastenboek schrijft ze haar mémoires. Al schrijvende vindt een proces van onthechting plaats, gegrond in het besef dat een mens slechts te gast is in het leven, en eigenlijk niets heeft, behalve een naam. In het eerste verhaal van De avondbootis haar man Edu naar Duinroos gekomen. Marleen is al in oktober overleden, hij had al geboekt en is nu dan maar alleen gekomen. We wisten al hoe alleen Marleen was in haar huwelijk, en nu zien we hoe ook Edu tot het besef komt dat hij zich eigenlijk nooit in haar heeft ingeleefd.

In het tweede en derde verhaal zien we Martine terug, uit het tweede verhaal van
Eilandgasten.Toen bracht ze haar vakantie door met Sanne, de dochter van een vriendin, die zwanger bleek te zijn. Zelf had Martine ooit abortus laten plegen, waarna ze nooit meer zwanger was geworden. Het was een prachtig geladen verhaal, vol onderhuidse emoties, waarin Martine uiteindelijk tot een overgave en een erkenning komt. Die geladenheid is veel minder aanwezig in het vervolgverhaal, waarin Martine haar moeder meeneemt naar Duinroos. Opnieuw peinst ze over haar plek in het bestaan: 'Als zij [haar moeder] er niet meer is, wat ben ik dan? Voor me niets, achter me niets, een los molecuul in de tijd'. Haar woordenloze erkenning dat het leven misschien een 'bedoeling' zou kunnen hebben, heeft- mede dankzij haar joodse vriend - een vervolg gekregen in haar ontdekking van 'het andere verlangen'. Om het groeiende geloof van haar vriend te leren begrijpen, is ze heimelijk Hebreeuws gaan studeren en 'als ze Hebreeuwse teksten las werd het [verlangen] enigszins gestild, alsof de drieduizend jaar oude woorden broodkruimels waren, een spoor dat ze volgen moest'. Moeder, dochter en ook de joodse vriend blijken geheimen voor elkaar te hebben, de bekentenissen botsen op elkaar en als ze uiteindelijk alleen staat, dan is er een sterker geworden verlangen naar geborgenheid, naai ontferming. Naar de barmhartigheid, die inmiddels dank zij het broodkruimelspoor aarzelend een 'U' is geworden.

Het vierde verhaal, waarin een moeder met twee puberzoons en een vriend van de oudste zoon vakantie houdt, is de veel voorspelbaarder pendant van het vijfde verhaal uit
Eilandgasten, waarin het studentendrietal Willemijn, Walter en Tom worstelden met hun verwarde, seksuele gevoelens.

Overspel keert ook terug in De
avondboot. driemaal zelfs. Zo heeft een van de beide zussen uit het vijfde verhaal een buitenechtelijke relatie; een geheim waarmee ze haar zus opzadelt. Het is een trefzeker verhaal over vrouwelijke jaloezie, over de tegelijk intieme rivaliserende verhouding tussen zussen, over wraak en verzoening. Het broeit in dit verhaal, dat enkele verrassende wendingen neemt. De jongste zus krijgt te verwerken dat ze een ongewenst kind was en dat haar moeder heeft geprobeerd een miskraam te forceren. Uiteindelijk komt ze tot dezelfde notie als Sanne in Eilandgasten('Als het blijft zal het toch wel de bedoeling zijn'): 'Blijkbaar was er naast de zwaartekracht nog een andere kracht, een grotere, minder onverschillige, die heeft gezorgd dat ik niet losschoot [...]'. En in het laatste verhaal weet een oudere man niet wat hem overkomt als hij - op vakantie met vrouw, dochter, schoonzoon en eerste kleinkind - in de ban raakt van een mooie jonge vrouw die hij kort ontmoet, en haar koortsachtig blijft zoeken.

De werkster, ondertussen, is druk doende met de uitgescheurde bladzijden, waarop Marleen haar mémoires schreef. De werkster heeft de vergeten bladzijden gevonden en besluit dat ze terug moeten in het gastenboek. Het personage van de werkster is meer uitgewerkt dan in
Eilandgasten, de lezer komt meer over haar te weten, maar de meerwaarde hiervan valt te bezien. De tweede passage waarin ze opdraaft, bijvoorbeeld, benadrukt nog eens haar zorgzaamheid, maar voegt weinig toe. Haar aanwezigheid is nadrukkelijk minder symbolisch geworden, zoals de hele roman opzettelijk minder symbolisch lijkt te zijn. Misschien is Van der Meer hierin terughoudender geworden door de christelijke duidingen die Eilandgastenover zich heen kreeg. Gevolg is wel dat De avondboot een iets minder hechte indruk wekt, iets minder een roman is en meer een verzameling van onderling verbonden korte verhalen. En juist die opeenvolging van korte verhalen, waarin in het korte bestek van dertig, veertig bladzijden een of meerdere personages worden neergezet, een problematiek uit de doeken wordt gedaan en het tot een verzoenende erkenning of een troostend inzicht komt, dreigt een beetje vermoeiend en voorspelbaar te worden. Ondertussen is de ontwikkeling die door beide romans zichtbaar wordt, uitermate boeiend. De noties van een groter verband, van een diepere betekenis van het bestaan, die Van der Meer in Eilandgastentelkens liet opduiken, hebben in De avondbootvoorzichtig een uitgesprokener religieus vervolg gekregen.

Dat is ook het verschil met
Smoke. Uiteindelijk benadrukt de film vooral de toevalligheid van het leven: je kunt een verhaal maken van je eigen leven om er betekenis aan te geven, en je kunt een roman maken van die losse verhalen om in een groter verband te geloven, maar het is flinterdun; het is als sigarenrook, je kunt het niet wegen. Erin geloven geeft iets van troost, dus doe dat maar, droom maar, geloof die leugentjes om bestwil maar. The most precious things are lighter than air. In Smoke en De avondboot staat misschien wel hetzelfde op het spel. Het spel wordt in Smokehoger gespeeld, spannender, meer op scherp, misschien omdat het raadselachtiger blijft. Maar het is een raadselachtigheid uit verlegenheid. De avondboot biedt zicht op het vertrouwen in een andere, grotere, minder onverschillige Kracht.
 
 
Vonne van der Meer, De avondboot. Uitg. Contact, 208 blz., ƒ 32,90 (paperback), ƒ 45,00 (gebonden)
 
 
Ronald Westerbeek (1970) is journalist en schrijver. Van hem verschenen De val van de pelikaan (roman, 1998), Kaj(novelle, 1998) en Gods terrarium(verhalen, 1999).

Reacties

Een grotere, minder onverschillige kracht

Er zijn nog geen reacties geplaatst.