Yord
Yord
Yord Literatuur
Boekverslag maken? Informatie nodig voor je literatuurdossier? Yord biedt alles wat je wil weten over literatuur. Talloze recensies, informatie over dichters, schrijvers, poëzie en proza. Zoek op auteur of in een van de dossiers.
 
 
 
Zoeken op auteur
 
Dossiers
 
 
 
arrowYord literatuur
Literair lexicon

Literaire teksten

Links

Zoeken
Literatuur inzicht
 

Redacteur: Dirk Zwart

Bedolven onder eigen gewicht

In Bloknoot 5 (juni 1993) publiceerde Mance ter Andere een stukje waarin hij vertelt gefascineerd te zijn door het begrip 'authenticiteit': 'Hoe ben ik de mens die met mij bedoeld is?' De authenticiteit, de oorspronkelijkheid, het beantwoorden aan de bedoeling van de Schepper, staat op gespannen voet met de geestelijke traditie, die tot een 'versteende Norm' kan verworden. Wanneer hij zich kan losmaken van die traditie en deze opnieuw kan vormgeven vanuit een gericht- zijn op de medemens, ontstaat een samenleving die in beweging blijft door de creativiteit van de enkeling.

In Ter Andere's vorige roman. Als een pleister van de rauwe huid (1993), stond dat losmakingsproces van de geestelijke traditie centraal. In zijn nieuwe roman, Kinderen van Cham, gaat het om de zoektocht naar authenticiteit in samenhang met de ander en de Ander. In deze roman heeft de westerse cultuur de rol aangenomen van de beknottende 'traditie' en wordt de authentieke mens verbeeld door een wel zéér nobele wilde uit een andere, nog onbedorven wereld, waar een voorbeeldige samenhang heerst. Helaas is deze op zichzelf interessante thematiek gegoten in de vorm van een verhaal dat- wanneer men de talloze beschouwende gedeeltes wegdenkt- eerder aandoet als een spannend jongensboek of een clichématige Hollywood- film, dan als een serieus te nemen literair kunstwerk.

De roman speelt zich af ergens in de eerste helft van de volgende eeuw. Dreiging en onrust in de wereld zijn toegenomen, terwijl de door de mens toegebrachte schade aan het milieu steeds groter wordt. Er gebeuren geen sciencefiction- achtige, futuristische dingen in Kinderen van Cham, de wereld is er alleen harder en onherbergzamer op geworden.
De ik- figuur uit Kinderen van Cham, de journalist Steven Sörenfjeld, is de breuk met zijn geestelijk verleden allang gepasseerd: 'de verschrikkelijke gereformeerde god in de gedaante van mijn strenge vader' speelt in het boek alleen een rol als een spookbeeld uit een ver verleden. Dat Steven een mislukt huwelijk achter de rug heeft is verder een van de weinige dingen die over zijn verleden verteld worden. Nog minder achtergrond heeft het tweede hoofdpersonage, de antropologe Joyce Andersen. (Waarom beiden Scandinavische namen hebben is al helemaal onduidelijk.)

Ze komen met elkaar in contact wanneer er een mysterieuze asielzoeker in een opvangcentrum is gekomen, Xom geheten. Hij werd met zijn bootje opgepikt op zee, maar men weet niet waar hij vandaan komt. Hij spreekt een volstrekt onbekende taal, maar Steven en Joyce raken geïnteresseerd in de man, omdat hij een nobele uitstraling heeft en een 'toonbeeld [is] van ongerepte beschaving'. Steven en Xom communiceren met elkaar door het maken van tekeningen. Zo komen ze meer te weten over de wereld waar hij vandaan komt en leren ze de eerste beginselen van zijn taal te spreken.

Xom had bij zijn komst naar het westen echter een mysterieus document bij zich, dat te maken heeft met de 'metalen vogel' die geland is in zijn land van herkomst. Hij wordt daarom in de gaten gehouden door een 'internationale organisatie', terwijl Steven en Joyce in hun onderzoek gedwarsboomd worden door 'een machtig, internationaal vertakt syndicaat [...], waarin legaal en illegaal, respectabele organisaties en maffiose netwerken met elkaar verstrengeld waren' en dat niet terugschrikt voor intimiderend geweld jegens het geïnteresseerde duo.

Wanneer Xom wordt vermoord, besluiten beide hoofdpersonen per boot op zoek te gaan naar Xoms wereld. Dat blijkt volgens oude-testament-achtige of oude Babylonische geschriften een archipel te zijn die door Hèw-ai (een omkering van Jahweh) is toegekend aan de nakomelingen van de door Noach vervloekte Cham en die wordt beschermd door een ring van atmosferische verschijnselen, die ervoor zorgt dat het land ontraceerbaar is voor onze hedendaagse apparatuur.

Dit land, waar Steven en Joyce gastvrij worden ontvangen, is een maatschappij waar de techniek nog een onbekend fenomeen is, waar men leeft in harmonie met de natuur en waar de innerlijke en uiterlijke beschaving een hoog peil heeft bereikt. Persoonlijke ontplooiing staat ten dienste van de ontplooiing van de gemeenschap. ledereen is gericht op 'de integrale samenhang', op de eenheid van het Al, die wordt bereikt langs het pad van de 'kusjnoi', een soort meditatie of trance. Steven ervaart de rustgevende geborgenheid van deze overgave, al beseft hij 'dat we ons in het Mekka van het heelheidsdenken bevonden'. 'Het licht en het donker horen bijeen als [...] manlijk en vrouwelijk, als vreugde en verdriet, als dood en herrijzenis'. Talloze pagina's van het boek zijn gewijd aan de uitleg van dit geloof en het gesprek daarover.

Gaandeweg wordt ook de interesse van de 'internationale organisatie' duidelijk: de 'metalen vogel' wordt bemand door een groepje (waaronder een prachtige vrouw) sluwe vertegenwoordigers van de westerse wereld, die het land onderzoeken als mogelijk wingewest en eropuit zijn onrust te zaaien onder de inwoners.

Hoe dit allemaal verdergaat moet u zelf maar lezen, als het boek u voldoende interesseert. Mijn eigen interesse in de afloop van het verhaal begon iets over de helft van het boek drastisch af te nemen. Niet de onwaarschijnlijkheid van het bestaan van zo'n land stoort mij- in een romanwereld kan veel- maar wel het clichématige van bijna alles in dit boek. Zelfs de 'gelaagde structuur' ervan is een cliché: in een aantal cursief gedrukte gedeeltes zijn een schrijver en een tegenstem aan het woord, die het zojuist gelezen deel van de roman becommentariëren. Uit de commentaren van die tegenstem valt op te maken, dat ook Mance ter Andere de zwakte van zijn boek heeft vermoed of ingezien. 'Jouw personages zijn te veel de dragers van je eigen ideeën', staat er reeds op blz. 121. Dat dat hier zo eerlijk wordt gezegd, heeft wel iets ontwapenends, maar neemt het bezwaar zelf niet weg.

De in deze cursieve gedeelten terugkerende thematiek van de overeenkomst tussen de schrijver als schepper en God de Schepper was in Als een pleister van de rauwe huid al subtiel en overtuigend aan de orde gekomen. Hier maakt dit uitentreuren benadrukte gegeven een overbodige indruk.

Wat een teleurstelling is dit boek, na die sterke vorige roman uit 1993 en de daarop gevolgde novelle De rand van het heelal uit 1995. Jammer van al de energie die Mance ter Andere in dit boek heeft gestoken. Jammer van de thematiek, die bedolven raakt onder zijn eigen gewicht. Noch de in het boek vervatte maatschappijkritiek, noch het door Ter Andere gepropageerde amalgaam van heelheidsdenken en christendom komen op die manier uit de verf.

Mance ter Andere, Kinderen van Cham, uitg. Kok, 288 blz., ƒ 34,90.

Dirk Zwart (1962) woont in Rotterdam, is kerkmusicus en neerlandicus. Hij was redacteur van het christelijkliterair tijdschrift Bloknoot (1991-1998). Beschouwend werk: De gereformeerde bietebauw, Ontmoeting 1946-1964 (1997, Bloknoot nr. 18).


Liter 4; jaargang 1; blz 91 – 93; ( www.chroom.net/liter/4/index.htm)

Reacties

Bedolven onder eigen gewicht

Er zijn nog geen reacties geplaatst.