Yord
Yord
Yord Literatuur
Boekverslag maken? Informatie nodig voor je literatuurdossier? Yord biedt alles wat je wil weten over literatuur. Talloze recensies, informatie over dichters, schrijvers, poëzie en proza. Zoek op auteur of in een van de dossiers.
 
 
 
Zoeken op auteur
 
Dossiers
 
 
 
arrowYord literatuur
Literair lexicon

Literaire teksten

Links

Zoeken
Literatuur inzicht
 

Redacteur: Mart van der Hiele

Een hemd over niets

De actualiteit van de afwezigheid, dat zou ik het Leitmotiv van Hester Knibbes nieuwe bundel willen noemen. 'Alsof een verleden weer over de tong moet', zo zegt ze het zelf, en: 'Toen is een woord dat je nu moet leren.' In vijf afdelingen, achtereenvolgens Hier om te beginnen, Steen dus, Thetis' hiel, Tegen het verdwijnen en Kunst van het dragen geheten, voorafgegaan door het titelgedicht, verkent Knibbe de mogelijkheden en onmogelijkheden van dit gegeven. Als motto gaf ze de bundel mee: The end is where we start from van T.S. Eliot en dus begon ik ook met lezen bij het laatste gedicht. De dichteres maakte in Spanje een processie mee tijdens de Heilige Week van 2004 en schreef naar aanleiding daarvan het volgende (cursivering van Knibbe):

Hoe draag je een kind naar zijn laatste. Acht

heb je er nodig, zijn vrienden met liefde en
lef genoeg om hun schouders
eronder te zetten. Ze hebben veel

meer te dragen dan het gewicht van het hout
en het lichaam erin, ze moeten
wegdragen. Hoe ze dat doen, hoe dat moet?

Zwijgend. Voet voor voet.

Van daaruit las ik terug naar de eerste afdeling, waar over het kind bijvoorbeeld het volgende wordt gezegd:

[...] voorgoed woont het kind

in het hart en het is. In het
hoofd spreekt een heldere taal, maar onthutst

wiegt er een andere spraak die trouw
zwijgend het huizende kind in het hart

sust. Ondertussen vindt het geheugen
glasscherp een beeld terug, een licht
dat hetzelfde licht op een andere dag

loswrikt en een stem die de stilte
verdeelt […]

Het zijn in deze bundel vooral stenen monumenten en sterk gestileerde, haast geritualiseerde ervaringsmomenten die het geheugen tarten, oproepen om te bedenken: 'stof - dat we dat worden' of te beslissen:'... dit dode / gewicht is niet meer te tillen, ik leg het / als steen aan de voet van de rots' - met als enige resultaat dat we 'daarna niet lichter ademen.'
Toch is de toon niet berustend of pessimistisch: 'Kom / we gaan, er is nog te doen, er wacht / langs de zijlijn een wereld op ons / en er is vast wel weer ergens een hier / om te beginnen geboren.' De reminiscenties aan de christelijke traditie zijn duidelijk, maar subtiel aanwezig, als evenzoveel verwijzingen naar de (on)houdbaarheid van het tijdelijke, en in het volgende gedicht (Heiligdom [3], uit de afdeling Steen dus) op een verrassende wijze vermengd met elementen uit oudoosterse mysteriereligies:

Ook zij dachten in lichaam, waren
bezeten van leven dat uitdooft,
verstoft. Bedenk je huis is van aarde, dat

zeiden ze niet, maar ze zagen
natuurlijk ook hoe je de loop van de schaduw verandert
door te schuiven met zand door een naam

langs de randen te schrijven. Grensgevallen
waren ze zijn we, een hemd over niets
of een ander geloof. Zie ons hier

wapperen in de wind terwijl we
de trappen bestijgen van een godenpaleis
en wegkijken: niemand

die staat te bidden en smeken Osiris
gun mijn oogappel nog het licht in de ogen, Isis
leen hem het kijkzwart binnen uw iris. Een roepende

in de woestijn zou hij zijn.

Knibbe is een meesteres in het onthullen zonder dat er ook maar iets van het geheim verloren gaat, in zeer geladen, haast afstandelijke taal. Ik las de bundel een paar keer achter elkaar door en was onder de indruk. Zes weken later, toen ik deze recensie ging schrijven, was ik dat nog steeds. Niet voor niets ontving zij voor eerder werk zowel de Herman Gorter- als de Anna Blamanprijs. Zij is een dichteres met een diep en toch helder stemgeluid.

Hester Knibbe, De buigzaamheid van steen. De Arbeiderspers, Amsterdam, 72 blz., € 15,95.
 

Overgenomen uit Liter 41, Jaargang 9; blz.79-80; (www.chroom.net/liter/41/index.htm)