In 1875 geeft de laatste Indianenstam in de Verenigde Staten de vrijheid op en trekt het reservaat in: de stam van de Comanches onder leiding van het opperhoofd Quanah. Het is die overgave waarnaar de titel van Arthur Japins nieuwe roman verwijst. Maar er zijn op het intermenselijke vlak ook mensen die moeten leren de strijd op te geven.
De belangrijkste persoon die moet leren te capituleren is de hoofdpersoon: Sallie ('Granny') Parker. Ze trekt met haar man en kinderen de Westfrontier over om als pionier land in Texas te gaan bebouwen. Als het na de moeilijke beginjaren wat beter lijkt te gaan, vindt er een overval van jonge Comanchekrijgers plaats. Granny ziet vele van haar geliefden sterven, wordt zelf aan de grond gespietst en diverse malen verkracht. Verschillende leden van de familie worden ontvoerd, waaronder kleindochter Cynthia Ann.
Haat en hoop
Wonderlijk genoeg overleeft Granny deze gruwelijke aanslag. Zij wordt daarna met haar zoon en andere overgebleven familieleden gedreven door enerzijds haat tegen hen die haar dit aandeden en anderzijds hoop dat ze haar kleindochter ooit nog eens terug zal krijgen. Het leven wordt hun door de andere pioniersfamilies -van wie ze na de overval afhankelijk zijn- niet gemakkelijk gemaakt. Er gaat namelijk al snel het verhaal dat de vrouwen besmet zijn door de indianen, waardoor de zuiverheid van het ras is aangetast. Woorden die allemaal gesproken worden in de zondagse protestantse eredienst.
Maar soms gaat hoop toch in vervulling, want bijna dertig jaar na de verwoesting van fort Parker overvallen de Texas Rangers het kamp van de Comanche-indianen en nemen daar Cynthia Ann gevangen. Granny krijgt haar terug, maar toch ook weer niet: ze is inmiddels haar eigen taal verleerd, is getrouwd met een indiaan en heeft kinderen, ze is helemaal vergroeid met de indiaanse cultuur en kan niet meer wennen aan het leven bij Granny. Na de dood van haar dochtertje sterft Cynthia Ann uiteindelijk ook van heimwee.
Het boek eindigt met de komst van Quanah, die de zoon van Cynthia Ann blijkt te zijn en is opgeklommen tot opperhoofd van de Comanches. Voordat hij zich overgeeft aan generaal Mackenzie wil hij de oma van zijn moeder zien en haar verhaal horen. Granny vertelt het hele verhaal en leert de Comanchekrijger, wiens volk ze zo verschrikkelijk gehaat heeft, te vergeven.
Kwaliteiten
De kracht van Japin ligt in zijn kwaliteiten als literaire verteller. Dat is een combinatie die je niet zo vaak tegenkomt: spanning én literaire kracht. Enerzijds boeit "De overgave" van het begin tot het einde. Dat komt bijvoorbeeld door de opbouw van het verhaal. Het verhaal komt in het boek stukje bij beetje tot de lezer. Het begint met "die ene dag" om vervolgens hoofdstukken verder pas te onthullen dat dat de dag van de verkrachting van Granny was. En zo blijkt pas aan het einde dat dit het verhaal is dat ze tegen haar achterkleinzoon Quanah vertelt. Anderzijds stijgt de rijkdom van taal en inhoud ver uit boven een gewoon goed verteld verhaal. De taal is prachtig aangepast aan het wat ruwe, alle gevoel verbergende karakter van Granny. Er staan vele zinnen die je graag herleest. Jammer genoeg ook tamelijk veel vloeken.
Japin is ook sterk in de inleving in mensen. Waar hij er echter heel goed in slaagt om de weg van Granny en Quanah naar overgave en vergeving te schetsen, slaagt hij er helaas niet in een authentieke protestantse gelovige te tekenen. Dat doet af aan de overtuigingskracht van het boek.
N.a.v. "De overgave", door Arthur Japin; uitg. De Arbeiderspers, Amsterdam, 2007; ISBN 978 90 295 6529 5; 365 blz.