Yord
Yord
Yord Literatuur
Boekverslag maken? Informatie nodig voor je literatuurdossier? Yord biedt alles wat je wil weten over literatuur. Talloze recensies, informatie over dichters, schrijvers, poëzie en proza. Zoek op auteur of in een van de dossiers.
 
 
 
Zoeken op auteur
 
Dossiers
 
 
 
arrowYord literatuur
Literair lexicon

Literaire teksten

Links

Zoeken
Literatuur inzicht
 

Redacteur: Drs. W. Wouters-Maljaars

De fantasie van Theun de Vries

,,De verbeelding gaat altijd maar door. Er hoeft maar iets te gebeuren. Je hoeft maar een klank op te vangen, een berichtje in de krant te lezen, of een ontmoeting te hebben, en dan is er plotseling weer die vonk en gaat de fantasie geweldig werken". 

Aan het woord is Theun de Vries, geboren in 1907. Aan zijn verbeelding lijkt echt geen eind te komen. Hij debuteerde al in 1927, heeft dus een schrijverscarrière van 69 jaar! Hij neemt een unieke plaats in binnen de Nederlandse literatuur en schrijverswereld, niet alleen door zijn leeftijd, maar ook door zijn veelbesproken leven. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zat hij in het verzet en belandde in het concentratiekamp Amersfoort. Ook het feit dat hij tientallen jaren lid was van de Communistische Partij Nederland heeft het nodige stof doen opwaaien. Hij was in die tijd een fervent communist, die zijn idealen, ook in de literatuur, niet camoufleerde. 

Zelf zegt hij over de ,,pijnlijke zaken in zijn leven": ,,Een mens is nu eenmaal een vat vol tegenstrijdigheden, van deugden, van ondeugden, van slimme dingen en van slechte dingen. Ieder mens heeft altijd een paar zaken waar hij zich (...) voor geneert". In ieder geval maakten deze zaken hem een controversieel schrijver. Officieel eerherstel ontving hij in 1963 met de P. C. Hooftprijs voor zijn hele oeuvre en in 1987 met de Verzetsprijs. 

Liefde voor muziek
In "De Schellenboom", voor een deel een bundeling van al eerder in maandbladen gepubliceerde verhalen, staan drie nieuwe verhalen. De bundel bestaat uit muziekverhalen waarin "verbeelde" of "historische" musici, componisten of solisten een rol spelen. De liefde voor muziek is in deze bundel duidelijk aanwezig. Ook de titel verwijst naar de muziekwereld: de schellenboom is een muziekinstrument met heldere klokjes en belletjes, dat als standaard voorop gedragen werd in de klassieke fanfare. In deze verhalen speelt De Vries met de verbeelding en werkelijkheid. Historische figuren, zoals Vivaldi, Mozart, Cherubini of Rossini zie je in een verbeelde omgeving, die tevens raakvlakken heeft met hun werkelijke, historische leefwereld. 

De Vries is een rasverteller. Hij beheerst de kunst sferen op te roepen. Sommige verhalen zijn vermakelijk en gaan niet dieper dan de oppervlakte, bijvoorbeeld de brieven van Rossini. Om in een volgend verhaal de lezer door de genoeglijke sfeer in een fuik te laten zwemmen! Twee oud-fanfareleden voeren in "De slag bij Waterloo" het aloude gesprek over vroegere kennissen; Hoe heette die ook alweer? Wat doet hij nu? enzovoorts. Aan het eind brengt de schrijver ineens een genadeslag toe door het totaal verdrongen oorlogsverleden, dat zo fataal werd voor enkele fanfareleden, in te voeren. De lezer blijft verbijsterd achter. Dat is ook zo in het verhaal over de Chinese pianist, die zijn schitterende carrière wel op een heel drastische wijze moet beëindigen, omdat de regering conservatoria ziet als ,,broedplaatsen van kapitalistische decadentie". 

Levensstijl
De meeste waardering heb ik voor de twee lange verhalen in de bundel: "Het blinde geluk" en "Vijfendertig namen". Eigenlijk zijn het studies in de muzikantenpsychologie. Ze verhalen over veelbelovende musici, die zichzelf totaal vernietigen. De één omdat hij zo jaloers is op een succesvolle collega en daardoor geen noot meer op papier krijgt, en de ander omdat hij er zo'n extravagante levensstijl op nahoudt. De spanning in beide verhalen is voelbaar aanwezig. 

"De Schellenboom" verdient echte waardering. Sfeer en structuur zijn twee sterke kanten van Theun de Vries. Zijn woordkeus is dat iets minder. Soms is zijn taalgebruik erg omslachtig. Op bladzijde 20 staat bijvoorbeeld: ,,En onderwijl trekken de wijzers van de klok hun ronde, en voor ze het weten verpoedert het middaglicht buiten tot stofgoud". Dit barokke taalgebruik, in combinatie met vreselijk lange zinnen, vind ik een iets minder sterke kant van de bundel. Niettemin, een staande ovatie voor deze nestor! 

N.a.v. "De Schellenboom", door Theun de Vries; uitg. Pirola, Schoorl, 1996; 144 blz.