Tjalling en Moniek liggen elkaar niet zo. Moniek ervaart haar halfbroer als indringer. Jarenlang was zij na het overlijden van haar moeder vaders lieveling, maar sinds de komst van haar tweede moeder met zoon Tjalling is de situatie veranderd. Moniek voelt zich gepasseerd, eenzaam en ellendig. 

Het thema van "Op adelaarsvleugels", geschreven door Leni van der Ster-Bouwmeester, is origineel en levensecht. De familieroman, dat een vervolg is op "Als een kleine vogel", volgt het leven van Moniek Zomers en haar halfbroer Tjalling van Dorp met z'n vrouw Emmy. De roman bestrijkt een periode van negen jaar, waarin de lezer het wel en wee van een grote, samengestelde familie meemaakt. 

Als rode draad door het boek, hoewel soms moeilijk te ontdekken door de veelheid aan personen, gebeurtenissen en tijdssprongen, loopt de afgunst van Moniek. Haar leven, dat vol moeilijkheden is, steekt schril af tegen het redelijk gelukkige gezinsleven van Tjalling en Emmy. Uiteindelijk pleegt Moniek, die ernstig ziek is, zelfmoord. Ze laat een dochterje bij Tjalling en Emmy achter, die haar in liefde opvangen. 

Jammer is het dat Moniek in het boek niet zo goed uit de verf komt. De belevenissen van Tjalling en zijn vrouw Emmy, die samen veel vaker voorkomen, zijn niet altijd relevant voor de loop van het verhaal. Waarschijnlijk zou de roman sterker geweest zijn als de ballast eruit gehaald was. Overigens ontkom ik niet aan de indruk dat het geloof van Tjalling en Emmy niet zo veel inhoud heeft. 

N.a.v. "Op adelaarsvleugels", door Leni van der Ster-Bouwmeester; 208 blz. Uitgegeven bij Groen, Leiden.