Yord
Yord
Yord Literatuur
Boekverslag maken? Informatie nodig voor je literatuurdossier? Yord biedt alles wat je wil weten over literatuur. Talloze recensies, informatie over dichters, schrijvers, poëzie en proza. Zoek op auteur of in een van de dossiers.
 
 
 
Zoeken op auteur
 
Dossiers
 
 
 
arrowYord literatuur
Literair lexicon

Literaire teksten

Links

Zoeken
Literatuur inzicht
 

Redacteur: Drs. P. J. Vergunst

Kwetsbare dieren langs de snelweg

De eerste bundel heeft inmiddels negen keer de gang naar de drukpers gemaakt. Haar gedichten kregen zowel in rooms-katholieke bladen als in "De vriend van oud en jong" een plaats. Joke van Sliedregt voelt zich vooral dichteres ,,bij het Woord". Dit najaar verscheen bij Den Hertog de derde bundel, "Doelgericht". 

Joke van Sliedregt schrijft vooral pastorale poëzie. ,,Wat ik daaronder versta? Ik denk er eigenlijk niet zo over na. Het is een vorm om me te uiten, wat gegroeid is en op een zeker moment onmisbaar blijkt. Waar mijn gedichten ondergebracht worden, maakt me niet zo veel uit. Je moet je plaats kennen", zegt de Nunspeetse predikantsvrouw. 

Blijkt hieruit dat pastorale poëzie niet hoog aangeslagen wordt? ,,Dat merk je toch uit recensies. Dat proef je. Ik denk dat ik wat de vorm betreft voor mezelf steeds kritischer geworden ben. Je gaat aan een vers slijpen, je herleest en schaaft. Voor m'n eigen gevóel moet het goed zijn. Literaire poëzie spreekt me echter niet zo erg aan, de essenties vanuit het christelijk geloof proef je er soms zo weinig in. Ik ben blij als mijn gedichten herkend worden als poëzie vanuit het Woord, als voortgekomen uit geloofservaring rond het Woord". 

Mevrouw Van Sliedregt schrijft gedichten bij de preken van haar man, is wel gedacht. 
,,Dan moet ik u teleurstellen. Het is meer het zelf bezig zijn met het Woord, schrijven over de weg die je in het leven gaat, over wat je meemaakt en ervaart. Natuurlijk, de preken spreken ook tot me, maar ik heb vaak meer aan m'n eigen bijbellezen, de omgang met het Woord. Ik kom graag in de kerk, maar het dagelijks spreken met de Heere is voor mij het belangrijkst. 

Ik schrijf niet over voorvallen die ik op straat meemaak. Misschien ben ik niet zo alledaags ingesteld. Wel reed ik eens op de snelweg en zag ik twee veulens samen in het weiland. Dat beeld van die kwetsbare dieren trof me en daar kwam een gedicht uit. Dan leg je een lijn naar de mens. Ik ben verder erg naar binnen gericht". 

Spanning
,,Gedichten ben ik gaan schrijven na een crisistijd in mijn leven. Ik heb een diepe depressie doorgemaakt, een geloofscrisis gekend, waarbij angst voor de dood en angst voor God mij bezighielden. ,,Wie is God? Wil Hij mijn God zijn? Hoe vind ik het heil?" waren mijn vragen. Als je omgeving je hierin niet begrijpt of niet kan helpen, kun je je alleen tot God wenden. Dan ga je bijbellezen. In die tijd heb ik een doorbraak in mijn leven gekend en ging ik schrijven. Vanuit de strijd in de volheid, maar nog wel met strijd. Dat zocht een uitweg, omdat ik niet gemakkelijk praat. 

Er moet bij mij een zekere spanning zijn om te schrijven. Ik was wel uit die depressie, maar de strijd bleef. Ik bleef beperkt in m'n energie, heb m'n handen vol om te functioneren in het leven. Ik voel me zodoende beknot, begrensd, terwijl het leven zo veel van me vraagt. Ik moet hier elke dag mee omgaan. Daarnaast is er de strijd die wezenlijk is voor het geloofsleven, tegen de Satan, tegen jezelf. Misschien beleef ik die sterker dan een ander". 

In uw eerste bundel, "Mijn tijden zijn in Uw hand", stond het komen tot het geloof centraal, in "Vruchtbaar leven", de tweede, de heiliging. Hoe moet ik de laatste typeren? 
,,De titel zegt het al: "Doelgericht". Dat is de levenshouding ín het geloof. Richt je je dwars door en over alles heen op de toekomst? Ik ben haast vergroeid met de brief aan de Hebreën, heb de eerste verzen van hoofdstuk 12 aan deze bundel meegegeven: ziende op de overste Leidsman en Voleinder van het geloof, Jezus". 

Perspectief
,,De Hebreën-brief geeft een heel heldere verwoording van de plaats van de Heere Jezus. Neem direct al de omschrijving in het eerste hoofdstuk, waar Hij het Afschijnsel van Gods heerlijkheid genoemd wordt. Je kunt niet heen om wat daar staat, althans ík kon daar niet omheen: ,,Hoe zult u ontvlieden als u op zó'n grote zaligheid geen acht geeft?" Ik durfde niet geloven, maar mijn ongeloof werd hier als ongehoorzaamheid aan de kaak gesteld. 

Je leest in deze brief verder over Christus als het Offer, als de Hogepriester, je leest in hoofdstuk 11 over het geloof. Christus is Zijn diepe weg van lijden gegaan met de vreugde in het vooruitzicht. Dat is mij op weg door dit leven ten voorbeeld. Dat perspectief is voor mij heel belangrijk. 

Ja, je moet, ook als huisvrouw, echt de tijd nemen om de Heere te zoeken. Als je hierin slordig bent en hoe gemakkelijk zijn we dat niet, ontstaat er stilstand in de relatie met Hem, en dat geeft een schuldgevoel. Je voert in dit opzicht een strijd tegen jezelf. Als je echter discipline over jezelf hebt, wil de Heere dat zegenen". 

Zoektocht en uitweg
,,Ik ben mijn zoektocht door de Bijbel gegaan, was van huis uit erg door mijn moeder gestempeld. Zij was in en ook na de kerkdienst vaak in tranen, kende veel strijd rondom de zekerheid van het geloof en het avondmaal. Dat bezette mij, werkte een betrokkenheid op God en de vreze des Heeren, maar gaf mij als kind ook het gevoel dat er eerst wat aan me veranderd moest worden vóórdat de genade van de Heere voor mij was. Dat gaf me bij confrontatie met de dood in de familie veel spanning. Niemand kon me helpen. Ik las de hele Bijbel door, op zoek naar wie de Heere Jezus voor mij was. Pas door het lezen in de brief aan de Hebreën zijn mijn ogen geopend. Toen moest ik de knieën buigen. Alles wat ik zelf dacht, ben ik toen kwijt geraakt. Die eerste twee hoofdstukken heeft God gebruikt. De verantwoordelijkheid werd bij míj gelegd. ,,Hoe zul je ontvlieden als je op Zijn zaligheid geen acht geeft?" 

Ik werd zo vervuld met de Heilige Geest, zo vol van de liefde van God dat ik een uitweg nodig had, terwijl ik juist moeilijk met mensen sprak. Ik kon het alleen mijn man vertellen, daarom ging ik schrijven. Eerst las alleen mijn man de gedichten. Totdat, na een jaar of twee, hij zei: Joh, stuur ze eens naar Den Hertog". 

Eeuwige leven
,,Doelgericht leven doe je als je leeft in het spoor van de Heere Jezus, als je net als Hij het dóel voor ogen houdt. Dat maakt niet dat jouw situatie ineens verandert, maar wel dat je stand kunt houden, dat je gedragen wordt. Wij kunnen ons zo moeilijk op het eeuwige leven richten. De Heere Jezus deed dat wel. 

Ik schrijf over deze dingen vooral voor mezelf. Pas de laatste jaren, toen er reacties kwamen van mensen die zich erin herkenden, is het schrijven voor anderen erbij gekomen. Het is een fijne toegift, al zijn en blijven de gedichten vooral een uitingsvorm voor mezelf". 

U schrijft geen 'objectieve' verzen over Mozes, de doop, Abram enzovoorts maar persoonlijke poëzie. 
,,Dat spreekt de mensen aan, al stel je je zo wel kwetsbaar op. Ik gaf met de eerste bundel een moeilijke periode prijs. Daar ben ik echt doorheen, overheen getild. God zegent het als je een brug naar het hart van andere mensen slaat. Het heeft mij geholpen met mensen te communiceren. Ik ben iemand die niet gemakkelijk oppervlakkig contact kan hebben, voel me gehandicapt op verjaardagen en zoek graag een gesprek van hart tot hart. ,,Doorbreek mijn grenzen", heb ik ooit in een vers aan God gevraagd. Hij heeft dat gedaan en die eerste bundel gebruikt om mij zo veel contact met mensen te geven. De afhankelijkheid van de Heere geeft me nu een gevoel van onaantastbaarheid naar mensen". 

Tien gedichten
,,Ja, wij blijven klein en kwetsbaar als mens, al is misschien niet iedereen zich dat bewust. Ik ben het wel, voel het zo. Voor mij is dat een strijd in het leven, het steeds weer terug naar af moeten. Ik heb dat nodig. Voor het oog lijkt ieder ander mens te functioneren, maar als je achter de schermen kijkt, weet je beter". 

In 1987 kwam uw eerste bundel, in 1991 de tweede, nu de derde. U gaat niet snel tot publiceren over?
,,De spanning om te schrijven moet er zijn. Soms komt er maanden geen gedicht, heb ik er de tijd en de rust niet voor of ontloop ik die spanning. Na de tweede bundel heeft het anderhalf jaar geduurd, tot ik om het een of ander weer klem kwam te zitten. Toen begon het opnieuw. Je wordt door veel andere dingen opgeëist. Je krijgt soms ingevingen, maar dan is er geen tijd om te schrijven en later is het weg. Als je iets hebt, moet je ervoor gaan zitten. Zo kom ik wellicht aan tien gedichten per jaar. Ik heb niet het gevoel bewust dichteres te zijn en elk jaar een bundel te moeten hebben. Als er niets in beweging is, kun je niets maken. 

In de afrondingsfase krijgt de bundel me wel te pakken, dan is er een zekere gerichtheid ontstaan. Dan heb je een titel en een bijbelgedeelte dat je als spits mee wilt geven en dan moet het af". 

N.a.v. "Doelgericht", door Joke van Sliedregt: uitg. Den Hertog, Houten, 1995: 56 blz.