,,Sluit je ogen, Hadassah", zei Mark. Het klonk merkwaardig kalm. ,,Denk aan de Heer", zei hij op het moment dat de deur opengegooid werd. Mark slaakte een krassend, gebroken geluid en viel op zijn knieën. De bebloede tip van het zwaard stak uit zijn rug en kleurde zijn grijze tuniek rood. De hoge gil van Leah vulde de kleine kamer..."
Een karakteristieke passage uit het boeiende boek "Een Stem in de Wind" van Francine Rivers, waarvan de compositie briljant is te noemen. Ondanks een veelheid van personen en gebeurtenissen is de auteur erin geslaagd een verhaal te schrijven met een logische opbouw, dat zonder moeite in één vaart kan worden uitgelezen.
Slavin
Het doek gaat op in Jeruzalem. De familie van het meisje Hadassah, dat de hoofdrol speelt in deze roman, wordt vermoord. Hadassahs vader, die door Jezus als jongen uit de dood is opgewekt en het Evangelie predikt, is het eerste slachtoffer. Onder leiding van Titus slaan Romeinse legioensoldaten gedreven door bloeddorst alle joden, en bij voorkeur de christenen, neer die hun pad kruisen. Hadassah wordt gevangen genomen en zal haar leven slijten als slavin.
Het toneel verplaatst zich vervolgens naar Germania, waar Germaanse stammen de Romeinse troepen aanvallen. In het derde hoofdstuk bevindt de lezer zich in Rome, dat wankelt onder de opstand tegen Nero's wanbeheer.
Waar het om draait, is dat Hadassah als slavin in dienst komt van de familie Valerianus in Rome en verliefd wordt op Marcus, de oudste zoon, terwijl zijn jongere zuster Julia tussen haar huwelijken door een hartstochtelijk verlangen koestert naar Atretes, een gladiator.
Marcus Valerianus, ervan overtuigd dat alle kracht die een man bezit uit hemzelf komt, uit zijn eigen wil en inspanningen en niet van een of andere god, betrapt Hadassah als ze bezig is te bidden. Rivers suggereert dat de groeiende liefde van Marcus voor de slavin van zijn zus van een totaal andere orde is dan die hij koestert voor de vrouwen met wie hij zich doorgaans op dubieuze wijze omringt. Merkwaardig dus, dat als Marcus zijn liefde niet langer kan verzwijgen, de auteur hem laat zeggen: ,,Ik wil je. Ik wil je al heel lang (pag. 340)".
Magere ondertoon
Deze anticlimax is een mooie illustratie van de vele andere die je tegenkomt naarmate je vordert in het verhaal. Hoewel Hadassah christin is en op een bijna bovenmenselijke wijze aan haar brute omgeving laat zien wat zelfverloochening en oprechte liefde is, voert het christelijk aspect een magere ondertoon, als een stem in de wind in vergelijking met de bloedstollende verslagen van alle perversiteiten die tijdens de Romeinse overheersing bedreven werden en in keurige zinnen breed uitgemeten worden. Wat dat betreft is ook de titel briljant te noemen...
Tussen alle gewelddadigheden door staat dan een ontmoeting beschreven tussen Hadassah en de profeet Johannes. Het zou een hoogtepunt moeten zijn, maar Rivers laat deze apostel niet veel meer zeggen dan dat Jezus als Paaslam voor de gehele mensheid gestorven is (pag. 393). Juist omdat de schrijfster in een voorwoord zegt te hopen dat ,,de Heer haar werk wil zegenen en het zal gebruiken voor Zijn goede plan in het leven van anderen", is het verbazingwekkend dat zij zo veel ruimte maakt voor een persoon als Julia, die kans ziet een echtgenoot, een ongeboren kind en het kind dat ten slotte door Atretes wordt verwekt, te vermoorden. In feite heeft het boek een wreed, hartstochtelijk en tamelijk uitzichtloos karakter.
Dat Decimus Valerianus vlak voor zijn dood vrede vindt en Marcus' ogen op de valreep van dit boek geopend worden, wil nog niet zeggen dat "Een Stem in de Wind" een christelijke roman genoemd mag worden. Hoewel dit boek zijn weg wel zal vinden, zou ik het als zodanig zeker niet willen aanbevelen.
Storend is de slechte vertaling, waardoor je zinnen tegenkomt als: ,,Als jij als een Chatti geboren was, hadden we je in het moeras doen verzopen (blz. 84)" of: ,,Hij zweerde dat hij op een goede dag alles wat hij geleerd had tegen Rome zou gebruiken (blz. 150)". Storend is vooral ook dat de naam God vaak met een kleine letter geschreven wordt als het een hoofdletter moet zijn.
N.a.v. "Een Stem in de Wind", door Francine Rivers; uitg. Callenbach, Baarn, 1996; ISBN 90 266 0488 2; 494 blz.