Wie een van de boeken van Simone van der Vlugt (1966) heeft gelezen, weet dat zij een grote passie voor geschiedenis heeft. Ook in haar nieuwe boek "De bastaard van Brussel" weet zij feit en fictie, spanning en informatie op een bijzondere manier te mengen tot een boeiend historisch jeugdboek. Dit boek speelt zich af in de beginfase van de Tachtigjarige Oorlog. Geen clichés als "dappere geuzen" en "vuile spanjaarden". Wél veel aandacht voor het leed, de angst, het verdriet en de ellende die deze woelige tijd kenmerkte. We ontmoeten de fictieve hoofdpersoon Crispijn Matsijs, onechte zoon van Graaf Egmond. Als bierbrouwer van Brussel raakt hij verwikkeld in de strijd tussen rooms-katholieken en protestanten. De vervolging is heftig en ketterverbrandingen zijn aan de orde van de dag. Ook Crispijn komt in de kerkers terecht. Heel aangrijpend is het "Verslagh van de scherpe examinatie", het verhoor inclusief marteling. Door tussenkomst van zijn vader ontkomt Crispijn. Hij voegt zich na enige tijd bij de bosgeuzen. Uiteindelijk besluit hij zijn geluk in de noordelijke Nederlanden te zoeken.
Van der Vlugts schrijfstijl is realistisch en openhartig. Zo geeft zij het ruwe taalgebruik van de bosgeuzen ongekuist weer. Ook zaken als marteling en prostitutie gaat Van der Vlugt niet uit de weg, hoewel haar stijl sober blijft. Het eerste hoofdstuk vermeldt bijvoorbeeld zonder veel omhaal van woorden dat Crispijn bij dronkenschap wel eens in de bedstee van zijn dienstmeid Stina belandt. Niet iedereen zal in deze Stina met haar vrijheidsdrang het beeld van een vervolgde protestant herkennen. Hoewel Van der Vlugt zich goed verdiept heeft in de materie, heeft ze de diepste motieven van de protestanten niet juist gepeild. Een indringend boek voor de jeugd vanaf 12 jaar.
N.a.v. "De Bastaard van Brussel", door Simone van der Vlugt; uitg. Lemniscaat, Rotterdam, 2005; ISBN 90 5637 666 7; 221 blz.