Romans die zich in de Eerste Wereldoorlog afspelen, kom je in Nederland niet veel tegen. Jack Cavanaugh, die voor zijn reeks over de familie Morgan steevast als kader een Grote Gebeurtenis uit de geschiedenis kiest, is inmiddels bij het twee na laatste deel van de serie terechtgekomen, een boek over de periode 1914-1918. Waar het zevende en achtste deel over zullen gaan, valt dus niet moeilijk te raden.
"De Bondgenoten" is een spannend boek geworden. Er zijn twee pittige hoofdpersonen, broer en zus Johnny en Katy, die onafhankelijk van elkaar een rol in de oorlog gaan spelen. Ze moeten allebei forse mentale klappen incasseren, maar die zijn wel heilzaam voor hun karakterontwikkeling.
Johnny heeft maar één hartstocht en dat is het vliegtuig. Hij ontpopt zich als een meesterlijk piloot, maar hij gedraagt zich tegelijkertijd als een enfant terrible, waardoor hij regelmatig de glazen van zijn vliegcarrière ingooit. Katy krijgt meteen al het deksel op haar neus. Ze heeft haar hele leven zendelinge willen worden, maar het Zendingsgenootschap vindt dat ze daar niet capabel genoeg voor is. Een bittere pil, maar als dappere verpleegster in oorlogstijd verricht ze ook goed werk.
Spionage
Rond de belevenissen van dit duo weeft Cavanaugh het intrigerende en gevaarlijke spionagenetwerk waarin hun ouders zich deels onbewust bevinden. Hij houdt de spanning er tot het laatste moment in en dan laat hij het boek zoals altijd in kalme wateren eindigen: de gebeurtenissen zijn afgerond en het is tijd om de familiebijbel door te geven.
Ondanks dit onontkoombare matte slot is "De Bondgenoten" verder een goed, christelijk boek, dat zijn lezers wel vast weet te houden.
N.a.v. "De Bondgenoten", door Jack Cavanaugh; uitg. De Groot Goudriaan, Kampen, 1998; ISBN 90 6140 613 7; 333 blz. (deel 6 van de Morgan Saga).