"Nacht van de trekvogels" van Eva Rechlin werd uit het Duits vertaald. De roman vertelt over het leven van een meisje dat 250 jaar na Christus in Efeze woonde. Het thema biedt afwisseling in de (jeugd)reeks van De Banier, waarin verder veel actuele onderwerpen aan bod komen.
Doktersdochter Dora-Diana is 12 jaar en geen christin. Integendeel, het geloof spreekt haar niet aan. Als blijkt dat haar broer en zus in het geheim christen zijn, heeft ze hen echter niet minder lief. Ze raakt daardoor in ingewikkelde omstandigheden verzeild, vooral als -onder de Romeinse keizer Decius- de christenvervolging steeds gruwelijker vormen aanneemt. Bovendien ontdekt "Doradina" dat ze behalve een broer en zus tevens een halfbroer en -zus heeft. Kortom: er speelt zich veel af in het ene jaar dat Eva Rechlin beschrijft en dat begint in de nacht dat de kraanvogels gaan trekken.
Marteldood
Aan het eind van het boek hebben verschillende christenen hun leven met de marteldood moeten bekopen. Dora-Diana is zelf nog altijd geen christin. Wel leest ze geboeid in de heilige schriften die haar huisgenoten achterlieten. Geen "happy end" dus, maar daardoor een des te sterker slot voor een verhaal dat speelt tijdens vervolgingen die zo ingrijpend zijn geweest.
Het realistische en min of meer open einde is dubbel verrassend doordat in het voorafgaande juist veel onwaarschijnlijke gebeurtenissen voorkomen. De meeste dialogen doen hoogst onwerkelijk aan. Al te vaak gebruikt de schrijfster ze om de lezer te informeren over gewoonten uit die dagen. Op bladzijde 112 vertellen Dora-Diana en haar zus Victoria elkaar bijvoorbeeld waarvoor sponzen worden gebruikt. De kans dat mensen elkaar uitvoerig inlichtten over de functie van zoiets alledaags als een spons destijds was, is wel heel erg klein!
Talloze andere gebeurtenissen kun je je eveneens moeilijk voorstellen. Dat Vicoria's 2 jaar oudere halfzus zo veel op haar lijkt dat ze na Victoria's vlucht diens plaats in het gezin inneemt zonder dat zelfs Victoria's moeder dat doorheeft, is daar een voorbeeld van. De onechte passages deden afbreuk aan mijn leesplezier. Toch stemt het boek -met name dankzij het slot- tot nadenken. "Nacht van de trekvogels" laat zien dat geloven ook in de dagen en de stad waarin Paulus' voetstappen nog maar nauwelijks waren uitgewist, onmogelijk was voor mensen, maar mogelijk door God.
N.a.v. "Nacht van de trekvogels", door Eva Rechlin, uitg. De Banier, Utrecht, 1998; ISBN 90 336 2597 0; 236 blz.