"Willemiek", geschreven door W. H. van Lagen, is bedoeld als jeugdroman. Ook in dit boek gebeurt veel. Drie jongens zitten het roodharige meisje vreselijk dwars. Van haar ouders hoeft ze geen hulp te verwachten. Die leven voor hun werk. Vooral van haar moeder krijgt ze alleen maar snauwen.
De pesterijen van de jongens gaan heel ver. Ze slaan Willemiek keihard, persen haar af, bedreigen haar met een mes en stelen haar fiets. Uiteindelijk raakt ze zelfs gewond doordat twee van de drie jongens met vuurwerk haar ouderlijk huis in brand steken.
Als haar vader het hele verhaal in het ziekenhuis te horen krijgt, schrikt hij geweldig. Hij voelt zich schuldig dat hij niet meer aandacht aan haar besteed heeft. Haar moeder reageert totaal anders en is woedend op Willemiek.
In het tweede deel van "Willemiek" gebeurt bijna nog meer dan in het eerste. Ze hoort dat haar vader niet haar echte vader is. Er wordt verschillende keren in hun huis ingebroken. Uiteindelijk blijkt Willemieks vriend, een werknemer van haar vader die tijdelijk bij hen inwoont, de dader te zijn. Hierdoor staat haar leven weer helemaal op zijn kop.
Het boek leest vlot weg, maar is mede door de vele problemen die Willemiek meemaakt niet erg realistisch. Het gedeelte waarin de schrijver vertelt dat een van de jongens die het meisje pesten een regen van gummiknuppelslagen van een agent op het politiebureau krijgt, is zelfs ongeloofwaardig.
"Willemiek", door W. H. van Lagen; uitg. Gebr. Koster, Barneveld, 2002; ISBN 90 5551 263 X; 283 blz.