Yord
Yord
Yord Literatuur
Boekverslag maken? Informatie nodig voor je literatuurdossier? Yord biedt alles wat je wil weten over literatuur. Talloze recensies, informatie over dichters, schrijvers, poëzie en proza. Zoek op auteur of in een van de dossiers.
 
 
 
Zoeken op auteur
 
Dossiers
 
 
 
arrowYord literatuur
Literair lexicon

Literaire teksten

Links

Zoeken
Literatuur inzicht
 

Redacteur: Tjerk de Reus

De oorlog is het centrum van alles

Chaja Polak is een van de vertolkers van het joodse oorlogsleed in de Nederlandse literatuur. Het gaat bij haar niet zozeer om concrete vervolgingen, pogroms of concentratiekampen, maar om het leven daarna. In haar nieuwe roman, "Salka", vertelt zij het verhaal van een vrouw die de kampen overleefde. Polak schetst suggestief en indringend het leven van deze vrouw met haar verdriet, hoop en kordaatheid. 

"Salka" is het tiende boek van Chaja Polak (1941). Haar romans en verhalen wekken de indruk sterk autobiografisch getint te zijn. Met name haar roman "Tweede vader" uit 1996 had een autobiografische achtergrond, maar het geldt in feite voor haar hele werk. Net als in "Tweede vader" is in deze nieuwe roman Fanny de hoofdpersoon. Zij is nu een vrouw van rond de zestig en ze kijkt terug op het leven van haar moeder, die zij voor de gelegenheid Salka noemt. In een bericht voorafgaand aan de roman valt te lezen: "Het verhaal van onze moeder -ik noem haar hier Salka- vertelt mijn werkelijkheid en niet de waarheid." Het gaat hier dus om een mengvorm van fictie en geschiedenis. 

Vanzelfsprekend is het onmogelijk voor Polak om een historisch betrouwbaar boek over haar moeder te schrijven. Haar moeder werd geboren in 1914, zijzelf in 1941. Hoe het er in haar vroege jeugd en in de jaren toen zij er nog niet was aan toeging, zal Polak zich moeten laten vertellen door anderen. Maar dat is nog niet voldoende. Polak wil doordringen in de geest van haar moeder, zij wil proeven hoe zij met de dingen omging, hoe zij reageerde op tegenslag in die moeilijke jaren dertig en veertig. Polak leeft zich in, probeert zich haar moeder voor de geest te halen - hoewel ze beseft dat haar beelden altijd beelden blijven. "Ik blijf zoeken, al is Salka ervandoor gegaan en heeft ze haar verhalen achtergelaten als lokaas. Die verhalen trek ik uit de vergetelheid omhoog, ik hengel ze uit de geschiedenis naar boven. Als ik eenmaal beet heb laat ik de wind de woorden drogen. Het licht de beelden conserveren." 

Emoties
In "Salka" staat een aantal zaken in het centrum van de aandacht. Allereerst is er de kwestie van de afkomst. Fanny is geboren uit het eerste huwelijk van Salka. Fanny's vader, Leo Mandel, overleed in een concentratiekamp. Salka overleefde, dankzij haar ijzeren wil en doorzettingsvermogen - zo wordt steeds onderstreept. Teruggekeerd in Nederland vindt Salka al spoedig een nieuwe man, bij wie zij twee kinderen krijgt. Leo was een jood, de tweede vader niet. Voor het besef van Fanny is er een grote spanning tussen de kinderen en in het gezinsleven. Fanny voelt zich betrokken bij een oorspronkelijker gezinseenheid, waar de andere kinderen niet bij horen. Zij beziet zichzelf in zekere zin als exclusief -Salka zou vooral om Fanny zijn teruggekeerd uit het kamp- maar het heeft ook een keerzijde. Leo Mandel staat enigszins te boek als een watje. Hij had geen kracht om door te zetten, hij was "nog zo jong." Dat zorgt voor een subtiele spanning, die het gevoelsleven van Fanny tot op hoge leeftijd bepaalt. Niet zo vreemd intussen dat alles van toen in het heden van de roman komt bovendrijven. Salka is kortgeleden gestorven; vrijwel elk hoofdstuk uit de roman begint met die constatering. 

In deze roman zijn veel emoties aanwezig. Vooral de eigenzinnige schrijfstijl van Polak maakt dat je doorleest, geeft aan de vertelling een specifieke glans. Emoties zijn er niet zo veel als het gaat om het joodse geloof. Salka voedt haar kinderen niet gelovig op, terwijl zijzelf het joodse geloof met de paplepel kreeg ingegoten. Maar het concentratiekamp maakte een einde aan haar geloof, vooral toen zij hoorde dat haar vader in het kamp -waar zijzelf ook verbleef- gestorven was: "Kort daarop moet ze Hem hebben 'weggedaan'. 

Eerdere pogingen daartoe waren nooit helemaal geslaagd hoewel ze, na haar vrome kinderjaren, vele vergeefse pogingen ondernam om traditie, synagoge en God radicaal uit haar leven te bannen. Pas toen de Tatte (Salka's vader, red.) als rookpluim opsteeg uit de schoorsteen en verdween in 'een graf in de hemel', was het afgelopen. Het ging vanzelf, ze hoefde er niets voor te doen." 

Auschwitz
Een auteur als Polak stelt de Tweede Wereldoorlog en de jodenvervolging uit die jaren in het centrum van alles. Het is op de een of andere manier een obsessie, maar wel een met een vanzelfsprekende noodzakelijkheid. Het leven na Auschwitz is altijd leven na Auschwitz. Dat besef dragen Polaks personages met zich mee: "Opeens weet ik het heel zeker. De oorlog -de Tweede Wereldoorlog- is het centrum van alles. Het centrum van wat eens was, van wat nog zal komen, ook na 'nu'. Een spinnenweb. Alle draden gevoed door het middelpunt dat oorlog heet. Alle draden, alle wegen, hoe ver ze er ook vandaan gaan, ze blijven verbonden met het middelpunt dat oorlog heet. En wij bewegen ons over de draden van het verleden naar de toekomst. De draden kleven, ze laten onze levens niet los. Ze pompen het verleden dat oorlog heet bij ons naar binnen." 

Polaks boeken gaan over de holocaust en het leven na de holocaust. Ze 'pompen' dat verleden niet naar binnen, maar leggen deze pijnlijke werkelijkheid eenvoudigweg aan de lezer voor. 

N.a.v. "Salka", door Chaja Polak; uitg. Meulenhoff, Amsterdam, 2004; ISBN 90 290 7508 2; 224 blz.