Als de Amerikaanse scholier Matthew Strong tijdens het schrijven van een scriptie in de ban raakt van de wereldwijde hongerbestrijding, gaat zijn eigen leven ernstig gevaar lopen.

Na zijn ontdekking dat het wereldwijd opererende en uiterst machtige voedingsconcern Agrimax er duistere praktijken op na houdt, is het bedrijf er alles aan gelegen te voorkomen dat Matt deze informatie openbaar maakt. 

"Fatale oogst" van Catherine Palmer gaat zonder omhaal van start. Meteen in het eerste hoofdstuk wordt Matt ontvoerd. Twee zogenaamde medewerkers van de universiteit van Princeton halen hem uit de wiskundeles, onder het mom van een voorlichtingsgesprek vanwege Matts uitzonderlijk hoge IQ. 

Al gauw blijkt dat ze Matt met geheel andere bedoelingen wilden spreken: ze eisen van hem de informatie op die Agrimax schade zal toebrengen. Als Matt duidelijk maakt die niet te hebben, wordt hij met zijn hoofd tegen een muur gekwakt. 

De toon is gezet: Agrimax zal geen middel onbenut laten om de belangen van het bedrijf te beschermen, zelfs niet als er daarvoor doden moeten vallen. Dat zal Matt snel genoeg ervaren. 

Terwijl de zestienjarige scholier de personen die hij in zijn scriptie als informatiebronnen heeft opgevoerd een voor een gaat opzoeken -daarvoor reist hij onder meer naar Mexico, Frankrijk en Sudan- is niet alleen Agrimax, maar ook zijn vader Cole, een weduwnaar die op het punt van hertrouwen staat, samen met Matts computerlerares Jill Pruitt naar hem op zoek. 

Wie een beetje vertrouwd is met dit soort Amerikaanse, christelijk getinte romans begrijpt al waar het in ieder geval op uit zal lopen: het wordt wat tussen Cole en Jill en ze zullen samen groeien in het geloof. Jammer van die onvermijdelijke voorkennis, want die wetenschap vermindert de spanning van het boek, dat overigens vrij huiveringwekkende scènes bevat. 

N.a.v. "Fatale oogst", door Catherine Palmer; vert. Lisette van Putten; uitg. Kok, Kampen, 2003; ISBN 90 435 0635 4; 341 blz.