Martin Rutgers beschrijft in "Een onmogelijke liefde" het leven van Kees van Galen, een zoon van een NSB'er, vlak na de Tweede Wereldoorlog. Een thema waar nog niet veel romans over verschenen zijn. Helaas valt de wijze waarop dit thema uitgewerkt wordt tegen.
Kees worstelt erg met de bijbelgedeeltes waarin geschreven staat dat de zonden van de vaderen tot in het vierde geslacht zullen worden bezocht aan de kinderen en dat in de plaats van de vaders de zonen zullen zijn. Ook anderen werpen hem dat steeds voor de voeten.
Als Kees zijn moeder op een dag dood in bed aantreft, vindt hij troost bij een doktersechtpaar. Kees blijft ook op zoek naar Willemien. Hij heeft ooit een vluchtige ontmoeting met haar gehad en is toen verliefd op haar geworden. Als Willemiens broer daar achter komt, slaat hij Kees het ziekenhuis in. Gelukkig blijft het doktersechtpaar achter hem staan. Wonderlijk in dit boek vind ik dat Kees iedereen kan vergeven, zelfs de persoon die hem tot twee keer toe bijna vermoordt, maar dat hij geen enkele poging doet om contact te krijgen met zijn vader, die gevangenzit.
"Een onmogelijke liefde", door Martin Rutgers; ISBN 90 336 2766 3; 248 blz.