Yord
Yord
Yord Literatuur
Boekverslag maken? Informatie nodig voor je literatuurdossier? Yord biedt alles wat je wil weten over literatuur. Talloze recensies, informatie over dichters, schrijvers, poëzie en proza. Zoek op auteur of in een van de dossiers.
 
 
 
Zoeken op auteur
 
Dossiers
 
 
 
arrowYord literatuur
Literair lexicon

Literaire teksten

Links

Zoeken
Literatuur inzicht
 

Redacteur: Willy Wouters-Maljaars

Een dikke pil vol leugen en bedrog

Je moet wel veel inspiratie hebben om een roman van 595 bladzijden te kunnen schrijven. Maria Stahlie (1955) heeft dat kennelijk, want zij presteert het. Ze noemt haar roman "De lijfarts" dan ook haar "ultieme boek." 

Toch heeft Stahlies schrijverscarrière een lange aanloop gehad, waarin ze zelfs overwoog om te stoppen met schrijven. Haar eerste zes romans gingen namelijk onopgemerkt ten onder. Dit veranderde toen haar zevende roman, "Honderd deuren", werd bekroond met de Multatuliprijs. Aangemoedigd schreef ze toen de verhalenbundel "Zondagskinderen". Die bundel is ook positief ontvangen. Om zichzelf te overtreffen heeft Stahlie nu deze lijvige roman "De lijfarts" geschreven. Is dit boek ook een meesterwerk geworden? 

"De lijfarts" bestaat uit drie delen. In het eerste deel reist de hoofdpersoon, Muriël Harris-Wijnings, in haar eentje rond op zoek naar een vluchtplaats. Ze vindt die in het hart van Amerika in een verlaten, verpauperd cafémotel, waar ze gaat werken als serveerster. Van de vaste klanten heeft ze het meest contact met Pig, een oude indiaan die eigenlijk zijn vader als medicijnman had moeten opvolgen, maar faalt in het naleven van de juiste tradities. Muriël voelt zich verwant met hem omdat zijn verdere leven eigenlijk een soort boetedoening is. 

In het tweede deel vertelt Muriël de ware reden van haar vlucht. Ze voelt zich verantwoordelijk voor de dood van haar vader en moeder. Toen zij in Amsterdam woonde, dwong ze haar vader en moeder om haar op te komen zoeken. Beide ouders verongelukten op de heenweg. Muriël vlucht naar Amerika, waar ze al heel snel in Las Vegas een man in de armen valt. Van een echte relatie is geen sprake en als ze dan ook nog een kind van hem verwacht, mag ze wat hem betreft vertrekken. Als het kind eenmaal geboren is, doet ze dat inderdaad. Haar zoontje Sean laat ze over aan de zorgen van haar schoonmoeder. 

Na een jaar serveerster geweest te zijn, kan ze het niet opbrengen om haar zoontje op te halen en vertrekt ze naar Nederland. Daar krijgt ze een baan als lijfarts bij een oudere Hongaarse dame. Haar enige kennis put ze uit een korte medicijnenstudie en uit een handboek. Haar hele leven bestaat dan al uit leugens en bedrog. Haar omgeving weet ook niets van het bestaan van haar zoontje af. Ze houdt zichzelf staande door steeds maar weer te beweren: "Een leugen is pas een leugen als het beweerde niet waar kon zijn." 

Om haar schuldgevoel af te kopen, stuurt ze regelmatig brieven en geld naar Sean waarin ze haar hele verleden en gedachtewereld blootlegt. Als haar zoontje bij haar moet komen wonen omdat haar schoonmoeder stervende is en als bovendien blijkt dat de vrouw die ze verzorgt, weet dat ze helemaal geen arts is, lijkt haar leugenbolwerk in te storten. Maar er volgt een onverwachte wending.
"De lijfarts" is een wonderlijk boek. Het is een boek met een ouderwets lang verhaal, dat de lezer via allerlei omwegen meeneemt naar een impliciet happy end. Het verhaal loopt goed, Stahlie weet de lezer er bijna steeds bij te betrekken. Soms kost dat toch wel moeite en de oorzaak ligt dan vooral in de beschrijving van de hoofdpersoon. Muriël is een hypochonder, die er een heel ingewikkeld systeem van leugens en ziektes op na houdt, zodat de lezer wel over een aanmerkelijke dosis geduld en inlevingsvermogen moet beschikken om blijvende interesse te hebben. 

Tot zover zou het nog wel gaan, als je niet ook tegelijkertijd een grote dosis bladvulling hoefde te slikken. Pijntjes en lichaamskwalen worden breed uitgemeten, tot zelfs die van de vis toe, die minder zicht zou hebben in de vissenkom omdat die niet vaak genoeg verschoond zou zijn. 

Het boek zou gebaat geweest zijn met een heel strenge selectie. Er zou veel geschrapt kunnen worden. Het kan dan tegelijkertijd ontdaan worden van allerlei grove taaluitingen. Maar of het dan een uitblinker wordt, is maar de vraag. Maria Stahlie doet haar best allerlei filosofische diepzinnigheid uit te stralen, maar het blijft allemaal vrij steriel en oppervlakkig.
Het boek eindigt met een onverwacht happy end. Lengte is leuk, diepte is mooier. Omdat dit laatste ontbreekt in "De lijfarts" zijn de indrukken snel vervlogen. 

N.a.v. "De lijfarts", door Maria Stahlie; uitg. Prometheus, Amsterdam, 2002; ISBN 90 446 0123 7; 595 blz.