Yord
Yord
Yord Literatuur
Boekverslag maken? Informatie nodig voor je literatuurdossier? Yord biedt alles wat je wil weten over literatuur. Talloze recensies, informatie over dichters, schrijvers, poëzie en proza. Zoek op auteur of in een van de dossiers.
 
 
 
Zoeken op auteur
 
Dossiers
 
 
 
arrowYord literatuur
Literair lexicon

Literaire teksten

Links

Zoeken
Literatuur inzicht
 

Redacteur: Tineke Goudriaan

"Ik was het niet, het was mijn vader"

Saskia ter Haar is bijna een halve eeuw niet meer Saskia-van-Jeroen, maar los van hem zal ze nooit helemaal komen. Niet eens omdat Jeroen haar tweelingbroer is, maar alleen al omdat ze soms nóg wordt geassocieerd met de populair geworden serie kinderboekjes van haar vader, Jaap ter Haar. Over toen: "We werden er warm noch koud van. Soms moesten we er ook wel om lachen, alsof het om anderen ging." En: "We waren een lekker stel kinderen." 

"Vader vertelde veel verhaaltjes. In de auto, voor het naar bed gaan, overal en altijd. Hij kon van een langszwemmend eendje een compleet avontuur maken, of van een voorbijrijdende auto met een rare meneer erin. Wij waren onrustige kinderen, dus op die manier hield hij ons een beetje bezig als mijn moeder bijvoorbeeld aan het koken was. Jeroen op zijn ene knie, ik op de andere. 

We woonden aan de rand van Hilversum, vlak bij bos en hei. Vader had zijn verteltalent van mijn grootmoeder geërfd. Ik had een heel leuke vader en een schattige moeder, die het met het opgroeiende kroost best moeilijk had." 

Groeide Saskia ter Haar (54) op in Hilversum, een tijdlang woonde ze in Amsterdam. Nu bewoont ze idyllisch een woonboot op de Vecht. De horizon is ver weg, het water kabbelt tegen de boot en binnen valt mooi licht. Haar vader heeft haar en Jeroen onbedoeld beroemd gemaakt. Een tijdlang schreef Ter Haar hoorspelen voor de Wereldomroep. In talloze gezinnen ging elke maandagmiddag om vijf uur de radio aan: tijd voor "Saskia en Jeroen". Later verscheen het ene na het andere kinderboekje: "Saskia en Jeroen in de lente", "Saskia en Jeroen uit logeren", "Saskia en Jeroen aan zee" enzovoort. Ter Haar schreef in totaal negen deeltjes met avonturen van de tweeling. Tot eind jaren '90 verschenen ze -steeds iets gemoderniseerd- in herdruk. 

"Mijn ouders deden alsof dat heel gewoon was en alle vaders verhalen over hun kinderen publiceerden. Ze hielden niet van poppenkast, het werd zo gewoon en rustig mogelijk gehouden. We hadden er nauwelijks benul van dat onze belevenissen in de boekwinkel lagen en dat andere kinderen ze verslonden. Mijn ouders deden alles om te voorkomen dat het uit de hand liep. Fanmail en verzoeken om voor bijvoorbeeld Bambix op te treden hield mijn vader gelukkig voor ons verborgen. Doe maar gewoon, was het devies van mijn ouders." 

De liefste
"Maar eigenlijk heb ik altijd tussen twee extremen geleefd. Enerzijds was er terughoudendheid, anderzijds grote onbevangenheid en sprankeling. Als kind voelde je haarfijn aan of belangstelling van vriendjes echt was of alleen maar "Saskia en Jeroen"-nieuwsgierigheid. Heel soms merkte je dat leeftijdsgenootjes anders naar je keken. Dat klopte niet. Ik was het niet, het was de Saskia van mijn vader. Kinderen bleven bij het hek staan en zeiden tegen elkaar: "Kijk, hier wonen Saskia en Jeroen." We liepen eens over straat en mijn vader riep ons bij zich. Passanten hoorden dat en zeiden: "Wat flauw, die kinderen zijn naar Saskia en Jeroen genoemd." We hebben ook wel eens gehoord dat ouders hun kinderen inderdaad naar ons vernoemden. 

Ter Haar vertrok op een gegeven moment bij de Wereldomroep en ging zich fulltime aan de schrijverij wijden. Zijn tweeling droeg de verhalen aan. "Hij schreef met onze leeftijd mee. Onze verhalen poetste hij natuurlijk een beetje op, hij maakte ze wat spannender dan de werkelijkheid. Hij maakte van een mug gerust een olifant, maar veel is echt gebeurd. Wij wáren ook een ondernemend stel. We hebben bijvoorbeeld een keer de slaapkamer blank gezet, zodat het water beneden door het plafond sijpelde - vergeten om de wastafelkraan uit te zetten. Soms maakten we het echt te gek. 

Jeroen -Joene- was altijd de stouterik, de aanstichter. Hij had niet zo'n groot verantwoordelijkheidsgevoel. En dan zei ik weer: "Voorzichtig doen!" Ik was een braaf, lief meisje, dat altijd haar best deed. Jeroen was een klein bulletje met dunne beentjes. Hij had aandoenlijk lieve hondenogen, en dan kon hij mij zo aankijken: "Saskia is de liefste, die het allemaal heel goed doet. Als ik nu maar een snoeppie krijg, dan vind ik alles goed." Hij moest mij altijd paaien. Zo is het in de boekjes ook. Met z'n tweeën veroverden we de wereld, samen waren we sterk. Er woonden niet veel andere kinderen in de buurt. Wel volwassenen, die belandden ook in de boekjes. Mevrouw Molles heette bijvoorbeeld Jolles." 

Alle aandacht
Ter Haar husselde de leeftijd van zijn kinderen door elkaar. In werkelijkheid waren Saskia en Jeroen de jongsten. Jeroen was vijf minuten ouder. Boven hen kwamen Bart en Jaap, elk met twee jaar leeftijdsverschil. In latere deeltjes met de tweelingavonturen maakte Ter Haar van Bart een baby'tje. "Hij kon ons natuurlijk niet ineens een oudere broer geven. Wij kregen alle aandacht, en dat had ook z'n keerzijde. Later is er ook een boek over Jaap, mijn oudste broer, verschenen, het jongensboek "Bart, lumberjack in Canada" en "Bart met geologen naar de Yukon". 

Dit is de laatste aflevering van deze serie.

"Bijna hadden ze echt ruzie, toen Jeroen ineens de bestelwagen van de bakker ontdekte. Hij stond voor het huis van mevrouw Molles.
'Hé, Sas. Ik weet iets. Laten we de bakker vertellen dat we jarig zijn. 'Goed.' Saskia liet haar poppenwagentje staan en rende achter Jeroen aan. Misschien kregen ze wel een lekker broodje
'Dag, bakker,' riep Jeroen. 'We zijn jarig!'
De bakker lachte. 'Gefeliciteerd, zeg.' Hij pakte twee broodjes en gaf die aan de tweeling. 'Hier, voor jullie verjaardag.'
Saskia en Jeroen bedankten hem hartelijk en namen meteen een hap. Toen zagen ze verderop in de straat meneer Peters. Ze renden op hem af.
'Ha meneer Peters, we zijn jarig,' zei Saskia. 'Zo, zo. Gefeliciteerd, hoor.' De buurman gaf eerst Saskia en toen Jeroen een hand. 'We hebben een poppenwagen en een kruiwagen gekregen.' Met haar grote, blauwe ogen keek Saskia meneer Peters verwachtingsvol aan. 'Zo, zo,' zei hij weer.
Jeroen probeerde hem een beetje verder te helpen. 'Van de bakker kregen we een broodje.'
'Aha!' Meneer Peters begon te grinniken. 'Ik geloof dat ik het begrijp.' Hij stak zijn hand in zijn broekzak en viste er twee guldens uit. 'Hier, jarige tweeling. Voor ieder één.'
() Zo ging de tweeling de buurt door. Overal zeiden ze precies hetzelfde. 'We zijn jarig!'" 

Uit: "Saskia en Jeroen in de lente", door Jaap ter Haar.