Onder de enigszins raadselachtige titel "Sneeuw in oktober" verscheen de derde roman in een trilogie van Mies Vreugdenhil. Het boek is, net als de andere delen, "Maskers" en "Het glazen huis", voor de liefhebber van een niet al te ingewikkelde, christelijke roman een verantwoorde keus.
Irene, vrouw van een predikant, is in verwachting van een tweeling. Samen met haar man Pieter leeft ze intens mee met het wel en wee van de gemeente. Andersom is dat ook het geval. Als de zwangerschap niet verloopt zoals ze gehoopt hadden, is er veel meeleven van gemeenteleden.
Irene en Pieter zijn diep geschokt door het vreselijke dat ze meemaken. Ze verwerken het ieder op hun eigen manier. Irene kan haar verdriet geen plaats geven en is als gevolg daarvan vaak opstandig en onredelijk. Haar hart is bevroren. Het lijkt voor haar of de hele wereld bedolven is onder een dik pak sneeuw. Vandaar de titel van het boek.
De auteur heeft de worsteling van Irene op een realistische manier weten te verwoorden. Als lezer proef je het verdriet, de boosheid en aan het slot ook de bevrijding en opluchting. Al is Irenes verdriet beslist niet verdwenen, ze gaat er anders mee om dan eerst.
"Sneeuw in oktober" is geen roman met spannende, ingewikkelde intriges en veel vaart. Het boek vraagt van de lezer dan ook niet veel inspanning. Naar mijn beleving is het soms zelfs langdradig. Dat komt vooral door de dialogen, die nogal statisch zijn. Als Irene bijvoorbeeld in de babykamer zit, steekt Pieter zijn hoofd om de hoek en vraagt of alles goed is. Irene zegt dan: "'Natuurlijk, ik geniet hier geweldig van. Het is zo'n andere sfeer. Zo stil, zo sereen. Nog helemaal van mezelf, zo verwachtingsvol. Kun je dat van me begrijpen?'
'Nou en of. Alles is nog zo blanco, zou ik zeggen. Het moet nog helemaal ingevuld worden.'"
Al met al is "Sneeuw in oktober" denk ik een goed verzorgd boek met verantwoorde, christelijke inhoud voor iemand die graag een makkelijk leesbare roman in handen heeft.
N.a.v. "Sneeuw in oktober", door Mies Vreugdenhil; uitg. De Groot Goudriaan, Kampen, 2000; ISBN 90 6140 699 4; 159 blz.; 24,90.