Yord
Yord
Yord Literatuur
Boekverslag maken? Informatie nodig voor je literatuurdossier? Yord biedt alles wat je wil weten over literatuur. Talloze recensies, informatie over dichters, schrijvers, poëzie en proza. Zoek op auteur of in een van de dossiers.
 
 
 
Zoeken op auteur
 
Dossiers
 
 
 
arrowYord literatuur
Literair lexicon

Literaire teksten

Links

Zoeken
Literatuur inzicht
 

Orpheus bij Achterberg

Herinneringen aan de Orpheus-gestalte komen in groten getale voor bij de dichter Achterberg. Niet altijd zijn het voor de lezer duidelijk herkenbare verwijzingen naar de mythe. 

Het is echter bekend dat Achterberg bijna geobsedeerd was door de thematiek van de dood en het graf. Steeds opnieuw poogt hij met behulp van zijn dichterlijke taal, "de zoete stuifmeel van het woord", een als "gij" of "u" aangesproken ander tot leven of herleven te brengen. Dat zijn ook precies de centrale noties in de mythe over Orpheus en Eurydice.
In 1944 verscheen Achterbergs bundel "Eurydice". 

Het eerste van de 27 gedichten die deze bundel telt, toont ons Orpheus: "De strenge grenzen van den dood/ zijn overschreden zonder licht.// Ik heb gevoeld een vederlicht/ weerstaan, dat in mij zonk als lood.// Ik buig het dode uit elkaar/ en dieper gaat mijn wezen in/ de verre staar, de bleke kim.// Achter mij sluiten zich als haar/ verhindering en siddering.// Het laatst, elastische gebaar/ der nu verlaten levensring." 

Merkwaardig genoeg komt in dit openingsvers niet de persoonlijke gedrevenheid van Orpheus om zijn geliefde Eurydice uit het dodenrijk terug te halen aan de orde. Natuurlijk roept diens naam als titel van het gedicht wel dat hele verhaal op. In dit op het eerste gezicht zo objectieve, nuchter constaterende verslag is niettemin sprake van een grote emotionele geladenheid. 

Deze spanning treedt aan de dag in een reeks van tegenstellingen die parallel aan de strofenbouw verloopt en het gedicht tot een juweel van symmetrie maakt. De scherpste tegenstellingen worden hier doorbroken, maar niet overbrugd of verzoend: leven en dood, licht en donker, vederlicht en zwaar als lood, onvermurwbaarheid en toegeeflijkheid. En letterlijk midden in dit alles staat waar het om gaat: het hele bestaan van de dichter, "mijn wezen", gaat over de grenzen van de dood de diepte van het schimmenrijk in, op zoek naar zijn Eurydice.