Een nieuw boek van de hand van J. van ‘t Hul verscheen. De schrijver is kerkredacteur bij het Reformatorisch Dagblad. Desondanks heeft hij tijd gevonden om zich te verdiepen in het leven van Abraham, de vader aller gelovigen. Het boek heeft als titel “Ga gij uit”, en als ondertitel “Het leven van Abraham”.

In het voorwoord lezen we: “Van Ur gaat het naar Jeruzalem en “beginnende van Jeruzalem” gaat het richting nieuwtestamentische kerk”, en: “De herdervorst uit Ur moet het wereldpad tot kerkepad gaan maken.” Dat is schoon en terecht gezegd.

Het boek telt 28 hoofdstukken. Aan het eind vinden we een opgave van de bestudeerde bronnen. Daarbij is ook het boek van ds. W. L. Tukker over Abraham. Zestien jaar geleden heb ik dat onovertreffelijk genoemd. 

Pelgrimsreis
Abraham wordt in Ur krachtig en onwederstandelijk geroepen. De achtergrond is verkiezende genade. Hij gaat uit nadat hij de zevenvoudige zegen gehoord heeft. Zijn pelgrimsreis vangt aan. Niet slechts naar Kanaän, maar naar de stad met fundamenten.
We horen over Egypte, over Abimelech, en hoe de grote Opperherder zijn dwaalziek schaap terugbrengt. We lezen van Lot, van zijn wonen in Sodom, van Abrahams voorbede, van de altaren bij Sichem, Beth-El en Hebron, van Eliëzer, van Hagar en Ismaël. Uiteindelijk de vervulling van Gods belofte: Izak wordt geboren. Aangrijpend is beschreven het offer op de Moria.
Het boek eindigt op het kerkhof van Machpela, waar Izak en Ismaël staan. Maar boven is Abrahams ziel. zijn uitgang uit Ur is geworden ingang in het Kanaän der rust. 

Gouden draad
Het boek toont de trekken van een roman. Soms zijn er te veel veronderstellingen. Ik las onder andere: “onder duizend bestrijdingen gaat hij voort.” Waar een sluier over ligt -ik denk met name aan de gang de Moria op- daar moeten we die sluier laten.
Oneens ben ik het met de schrijver als hij het woord “rechtvaardig” (2 Petrus 2;8, over Lot) in paulinische zin verstaat. De term “leven uit een geschonken geloof” acht ik niet bijbels. De gouden draad in Abrahams leven is: de Heere leert door het geloof alleen te leven.
Genesis 15 laat zien dat het verbond “gesneden” wordt over het pad van het bloed. Dat de auteur het standpunt van ds. G. H. Kersten aanhangt, is zijn zaak. De vraag blijft: Wat was de grond van de besnijdenis, en wat is de grond van de doop? 

“Ga gij uit”, door J. van ‘t Hul; uitg. Van Horssen, Putten, 1999; ISBN 90 6505 6; 265 blz.; ƒ34,90.